"Pour vivre heureux, vivons cachés" Moeten we ons echt verbergen om gelukkig te kunnen leven? In de grafische sector lijkt de spreuk alvast navolgers te kennen. Elk jaar weer kiest een aantal bedrijven ervoor om geen omzetcijfers meer te publiceren. Daardoor tuimelen sommige bedrijven soms spectaculair weg in onze klassementen. VD Drukkerij die in onze vorige editie nog een omzet van 7,7 miljoen euro publiceerde, vermeldt voor het boekjaar dat we onder de loep nemen, alleen nog een bruto winstmarge van 2,1 miljoen euro. Daardoor zakt het bedrijf een zestigtal plaatsen in onze hoofdrangschikking. Daarin nemen we immers alleen de bruto winstmarge op wanneer we het omzetcijfer niet kennen (een gegeven dat we duidelijk maken met een asterisk rechts van het bedrag in kwestie). Die rangschikking slaat - zoals alle andere overigens - op het boekjaar 2019 en moet daarom cum grano salis genomen worden (voor de niet-latinisten onder ons: met een korreltje zout). Sindsdien kunnen er enorm veel zaken veranderd zijn, zeker in de huidige context. De cijfers schetsen echter wel een portret van een sector die het al jaren moeilijk heeft - en dat op een moment dat corona nog niet toegeslagen had. De grafische sector kent immers een achteruitgang van 21,1% ten opzichte van 2008 - daarmee laat ze nog wel de textielsector achter zich die over die periode de sterkste achteruitgang liet optekenen (27,9%). In de herfst van 2008 stortte het failliet van Lehman Brothers de wereldeconomie in chaos. Dit keer was daar maar een gewoon virus voor nodig.
...

"Pour vivre heureux, vivons cachés" Moeten we ons echt verbergen om gelukkig te kunnen leven? In de grafische sector lijkt de spreuk alvast navolgers te kennen. Elk jaar weer kiest een aantal bedrijven ervoor om geen omzetcijfers meer te publiceren. Daardoor tuimelen sommige bedrijven soms spectaculair weg in onze klassementen. VD Drukkerij die in onze vorige editie nog een omzet van 7,7 miljoen euro publiceerde, vermeldt voor het boekjaar dat we onder de loep nemen, alleen nog een bruto winstmarge van 2,1 miljoen euro. Daardoor zakt het bedrijf een zestigtal plaatsen in onze hoofdrangschikking. Daarin nemen we immers alleen de bruto winstmarge op wanneer we het omzetcijfer niet kennen (een gegeven dat we duidelijk maken met een asterisk rechts van het bedrag in kwestie). Die rangschikking slaat - zoals alle andere overigens - op het boekjaar 2019 en moet daarom cum grano salis genomen worden (voor de niet-latinisten onder ons: met een korreltje zout). Sindsdien kunnen er enorm veel zaken veranderd zijn, zeker in de huidige context. De cijfers schetsen echter wel een portret van een sector die het al jaren moeilijk heeft - en dat op een moment dat corona nog niet toegeslagen had. De grafische sector kent immers een achteruitgang van 21,1% ten opzichte van 2008 - daarmee laat ze nog wel de textielsector achter zich die over die periode de sterkste achteruitgang liet optekenen (27,9%). In de herfst van 2008 stortte het failliet van Lehman Brothers de wereldeconomie in chaos. Dit keer was daar maar een gewoon virus voor nodig. Het bedrijf dat in het boekjaar dat we doorlichten, de sterkste stijging van het omzetcijfer - 10 miljoen euro - kon voorleggen, was Mercator Press Sales. Dat bedrijf levert samen met zijn zusterbedrijf Mercator Press jaarlijks zo'n twee miljard folders en die folders, die door negen gezinnen op tien bekeken worden, zijn van levensbelang voor de lokale handelaars. Zonder folders gaat de communicatie de elektronische toer op en omdat ongeveer 80% van de e-commerce in handen van buitenlandse spelers is, blijft een verschuiving richting elektronica wellicht niet zonder gevolgen voor de handelaars. De Nederlandse groep Em. De Jong, de aandeelhouder van de twee bedrijven, is ervan overtuigd dat papier als communicatiedrager voor de lokale handel een lang leven beschoren is en heeft onlangs, midden in de coronacrisis en tegen de economische cyclus in, beslist om in een Manroland Lithoman van 80 pagina's te investeren. Normaal wordt de pers half dit jaar (2021) in gebruik genomen. De Nederlandse groep die in ons land ook al eigenaar was van de drukkerij Dessain in Mechelen, heeft begin vorig jaar (2020) de activiteiten van Grafix Printing uit Dessel overgenomen. De coronacrisis zal ongetwijfeld de consolidatie van de sector versneld hebben. In mei laatstleden nog hield Hoorens Printing, dat ook in de druk van reclamefolders en - brochures gespecialiseerd was, ermee op. In haar val sleurde de onderneming het afwerkingsbedrijf M.B.P. uit Heule mee. De op één na sterkste stijging van de omzet (8 miljoen euro) schrijven we op het actief van Amcor Flexible Transpac. In de Gentse vestiging van die onderneming werken een vijftigtal medewerkers constant voor de 'corporate'. In Gent is immers het centrum gevestigd dat voor deze Australische groep die in de hele wereld zo'n 230 fabrieken telt, de milieuaspecten onderzoekt. En er is werk aan de winkel. Enerzijds heeft Amcor er zich in 2018 toe verbonden om al zijn verpakkingen tegen 2025 ofwel recyclebaar ofwel herbruikbaar te maken. Ondertussen is echter het coronavirus opgedoken en in het zog daarvan eisen de consumenten individuelere, veiligere en hygiënischere verpakkingen. Binnen de groep heeft Amcor volledig de overname van Bemis verteerd en dat heeft zich in ins land vertaald in de transformatie van Bemis Monceau tot Amcor Flexibles Monceau. Omdat Amcor in Zurich over een Europese organisatie beschikt, zullen de activiteiten van Bemis Europe, dat tot Amcor Fexibles Brussels omgedoopt is, in de toekomst wellicht verminderen. P. Van de Velde is een nieuwkomer in onze rangschikking volgens omzet. In de vorige editie pakte het bedrijf uit met de grootste bruto winstmarge van onze Top 500. En het omzetcijfer dat voor dit boekjaar vrijgegeven is, is in werkelijkheid maar het zichtbare gedeelte van een imperium dat met flink wat overnames opgebouwd werd. De geconsolideerde omzet van de groep ligt in de buurt van 150 miljoen euro, met Nederland als sterkhouder. Bij onze noorderburen realiseerde P. Van de Velde in november laatstleden zijn vijfde overname: VJD Folding Carton Packaging dat in verpakkingen voor de voedingsindustrie gespecialiseerd is. En een maand voordien nog had de groep uit Wetteren een ander kartonbedrijf overgenomen, Veerkarton. Het startschot voor die buy-and-build-strategie werd in september 2017 gegeven met de overname van de Koninklijke Schut. In mei van 2018 volgde Wesly Printing & Packaging (Maastricht) en kort nadien nog Vekopak uit Tilburg. De hoogste bruto winstmarge in ons klassement komt daardoor op naam te staan van Euv Rmqc, een joint-venture (70/30) tussen het Japanse JSR Micro, dat een productievestiging op het bedrijfsterrein van Haasrode heeft, en het wereldberoemde onderzoekscentrum IMEC uit het naburige Leuven. Met de ultraviolet lithografie (EUV) treden we binnen in de veelbelovende wereld van de nanotechnologie. Die nieuwe technologie maakt het mogelijk om de printlijntjes op een halfgeleider nog fijner te maken zodat die meer plaats voor transistors biedt en hij krachtiger en sneller wordt. Op de tweede plaats komt Van Genechten Packaging, een bedrijf uit de groep Van Genechten die een geconsolideerde omzet van 460 miljoen euro boekt - 273 miljoen daarvan in de verpakkingssector. De top wordt volledig gemaakt door Cartamundi dat door de familie De Somer samen met de familie Cartier de Marchienne gecontroleerd wordt. Cartamundi heeft onlangs in Turnhout een internationaal onderzoeks- en ontwikkelingscentrum ingehuldigd en heeft, dankzij of wegens de pandemie, samen met Intracto een elektronisch platform uitgewerkt dat de regels van meer dan honderd kaartspelen gedetailleerd beschrijft. Volgens goede gewoonte kronen Amcor Flexible Transpac en Verstraete IML zich tot de winstkampioenen. Beiden torenen hoog boven de massa uit, maar niet op dezelfde manier. Waar de winst van de eerste met 38% stijgt, hoofdzakelijk wegens een hoger dividendrendement, gaat die van de tweede er 15% op achteruit. Maar dat zou niet meer dan een tijdelijke situatie moeten zijn. De huidige pandemie heeft er immers toe geleid dat Verstraete een ongeveer 25% grotere vraag naar verpakkingen te verwerken heeft gekregen. Volgens een enquête die Febelgra in december laatstleden in samenwerking met het opleidingsfonds Grafoc afgenomen heeft, kunnen alleen bedrijven die verpakkingen, labels of etiketten printen over het boekjaar 2020 een stabiele of een groeiende omzet voorleggen. St Luc Labels, een bedrijf dat hoofdzakelijk voor de farmaceutische sector en de voedingsindustrie werkt, moest zich aan een plotse stijging van de vraag aanpassen en is van twee shifts op drie shifts overgeschakeld. Daardoor kon het bedrijf meteen ook beter de fysieke afstand respecteren. Omdat de huidige pandemie ook een sterke impact heeft op de transportkosten buiten Europa, heeft Verstraete besloten om de uitbreiding van zijn fabriek in Clarksville (Tennessee) te versnellen zodat de etiketten voor de VS ook in dat land vervaardigd worden. Dezelfde redenering heeft Verstraete ertoe aangezet om de bouw van een productie-eenheid in een Oostblokland te overwegen. In totaal is de gecumuleerde winst van de 200 bedrijven in onze rangschikking met 20% gestegen. De helft van die vooruitgang is echter het werk van twee bedrijven: P. Van de Velde en Label Printing Europe. Bij de grote verliezers vinden we twee 'recidivisten': de groep Vlan waarvan de omzet met 19,77% gedaald is, en Van Genechten-Biermans dat op zijn 'VGB Turnaround Plan' rekent. Dat plan werd in 2020 voorgesteld en focust op drie aspecten - de marges verbeteren, een striktere aankooppolitiek, en het efficiëntere gebruik van het machinepark - om weer rendabel te worden. Op het vlak van de toegevoegde waarde zit het traditionele trio - Verstraete IML, Amcor Flexible Transpac, Brady - opnieuw gebeiteld. In het totaal gaat de toegevoegde waarde van de 200 eerste bedrijven in ons klassement er met 1,3% op vooruit. De toegevoegde waarde is de waarde die het bedrijf aan de goederen en diensten die het aankoopt, toevoegt en wordt berekend op basis van het verschil tussen het exploitatieresultaat en de verbruikte goederen en diensten. De toegevoegde waarde die zo gecreëerd wordt, moet het in principe mogelijk maken om alle exploitatiekosten te dekken. De grootste daarvan zijn uiteraard de personeelskosten en wanneer die in de toegevoegde waarde te zwaar gaan doorwegen, moet dat als een ernstig alarmsignaal opgevat worden. Alle personeelskosten vinden we echter niet onder rubriek 62 - verloningen, sociale lasten en pensioenen - van de resultatenrekening terug. De kosten voor de interim-medewerkers worden immers onder een andere post opgenomen (617). Daardoor kunnen we de verhouding personeelskosten/toegevoegde waarde twee keer berekenen, een eerste keer met alleen het vast personeel, een tweede keer met alle werknemers. Van het éne jaar op het andere is de mate waarin een beroep op interim-arbeid gedaan wordt, met meer dan 20% gedaald. Dat cijfer ligt nu op 4%. Absoluut gezien doet Amcor Flexible Transpac het meest een beroep op interim-arbeiders, met niet minder dan 40 mensen. Procentueel gezien komt Optimax, het afwerkingsfiliaal van de groep Moderna, op de eerste plaats met 34%. Voor de 200 bedrijven in onze rangschikking liggen de personeelskosten op 69,92% en 72,84% (zonder en met interim-personeel). Dat is een stijging met 3%. Omdat de nettowinst gestegen is, is ook de 'return on equity' gestegen. Voor de eerste 200 bedrijven in onze rangschikking is die voor het jaar dat we bekijken, tot boven de 10% gestegen. De ratio van Label Printing Europa kan verrassen, maar is gewoon te verklaren door een dividend van 3,5 miljoen dat van de dochteronderneming Accent afkomstig is. Op de balans van die laatste onderneming werden tijdens het boekjaar vier participaties opgenomen: Orbo, een bedrijf uit Kortemark dat zich gespecialiseerd heeft in het bedrukken van soepele verpakkingsfilms; Digilinck, een digitale drukkerij uit Nazareth; Eti-Technix, een leverancier van etiketten en accessoires; en de onderneming Print & Label. Accent dat zich in zelfklevende etiketten gespecialiseerd heeft, is sinds 2018 in handen van het Nederlandse investeringsfonds Waterland en maakt nu deel uit van de groep Austeria. Andere bedrijven in ons land die van die groep deel uitmaken, zijn Dejonghe uit Ieper (een specialist in technologisch geavanceerde etiketten) en Vuye Flexible Packaging uit Oudenaarde. De ROE van P. Van de Velde oogt even comfortabel, maar bestaat voor 5,3 miljoen euro uit dividenden. De gecumuleerde winststijging van de 200 bedrijven in ons klassement heeft het gemiddelde rendement opgetrokken. Dat ligt nu op 10,2%. Als we echter abstractie maken van de twee hoger vermelde bedrijven die dividenden ontvangen hebben, daalt dat percentage tot 9,17%. De investeringen die in onze tabellen opgenomen zijn, hebben uiteraard betrekking op de investeringen die in de jaarrekeningen vermeld zijn en niet op die in de media aangekondigd werden. Daar zit onvermijdelijk een tijdsverschil op. De investering van 16 miljoen in een 80-paginapers die Moderna in februari 2019 had aangekondigd, zal pas in de volgende bedrijfsrekeningen te zien zijn. De afronding van een investering van 35 miljoen door Printing Partners Paal was dan weer al in de rekeningen van de voorbije jaren opgenomen. De grootste investeerder in het boekjaar dat we hier analyseren, is de drukkerij Delabie uit Moeskroen (die tijdens het boekjaar zijn directeur Hans Delabie verloren is), gevolgd door Drukkerij De Melle uit Turnhout. Die laatste onderneming is gespecialiseerd in de druk van bijsluiters voor medicijnen - waarvan het vouwen op zich al een specialiteit is - en rondt met de bouw van drie nieuwe productiehallen een investeringsinspanning van lange adem af. Op de derde plaats komt Drukkerij T'Hooft die voortdurend in nieuwe apparatuur investeert en al aan haar vierde verhuizing toe is in zestig jaar!