Het thema van het eerste congres van Fespa Belgium in Kinepolis Brugge was 'Print to the Future'. De look & feel van het evenement, inclusief een DeLorean in de ontvangsthal, katapulteerde de congresgangers naar het midden van de jaren tachtig toen Michael J. Fox furore maakte als Marty McFly in de iconische film Back to the Future. De bedoeling van het toekomstcongres was om vooruit te blikken naar 2030. De organisatoren stelden een gevarieerde line-up samen met lokale en internationale sprekers. Podiumpresentaties werden afgewisseld met bijdrages via videoverbinding. In de voormiddag stonden twee workshops op het programma: een sessie rond Time Management door Acta Management en een workshop over de nieuwigheden bij Adobe door Dimitri Stevens van Lab9 Academy. Meer Adobe-nieuws mogen we later dit jaar verwachten na de Adobe Max-conferentie van 18 tot 20 oktober in Los Angeles.
...

Het thema van het eerste congres van Fespa Belgium in Kinepolis Brugge was 'Print to the Future'. De look & feel van het evenement, inclusief een DeLorean in de ontvangsthal, katapulteerde de congresgangers naar het midden van de jaren tachtig toen Michael J. Fox furore maakte als Marty McFly in de iconische film Back to the Future. De bedoeling van het toekomstcongres was om vooruit te blikken naar 2030. De organisatoren stelden een gevarieerde line-up samen met lokale en internationale sprekers. Podiumpresentaties werden afgewisseld met bijdrages via videoverbinding. In de voormiddag stonden twee workshops op het programma: een sessie rond Time Management door Acta Management en een workshop over de nieuwigheden bij Adobe door Dimitri Stevens van Lab9 Academy. Meer Adobe-nieuws mogen we later dit jaar verwachten na de Adobe Max-conferentie van 18 tot 20 oktober in Los Angeles. Na de lunch trapte Richard Askam, een Britse spreker die onder meer naam maakte bij The Coca-Cola Company met de online ShareaCoke campagne, het plenaire gedeelte van het congres op gang. "Bij personalisatie gaat het om de glimlach van de consument die een doos koekjes koopt. Het gaat niet om het product zelf. De gepersonaliseerde colaflesjes werden vaak niet gedronken. Het draait om de gepersonaliseerde ervaring voor de gebruiker", stelt Askam. De Brit was actief in de wijnsector en begon in 2009 met gepersonaliseerde Champagne-etiketten, in 2014 was er zijn befaamde campagne voor de Amerikaanse frisdrankgigant in Europa. Op het hoogtepunt van de campagne zaten meer dan een half miljoen namen in de database. Later volgden talloze personalisatieprojecten voor andere merken, al werkt personalisatie ook niet voor alle producten. Nu detecteert Richard Askam de revival van de QR-codes. "Sinds de covidpandemie scant iedereen ze." De volgende stap is de Metaverse waar het zal draaien rond Augmented Reality (AR) en VR-ervaringen (Virtual Reality). Designer Bieke Hoet, die samen met haar vader Patrick in 1997 Hoet Design Studio in Brugge oprichtte, sprak over 3D printen als gamechanger in de brillenindustrie. Sinds 2013 - na vier jaar onderzoek - brengt Hoet 3D laser-geprinte brillen op de markt. Naast de Couture-collectie in titanium is er de Cabrio-reeks in polyamide. "3D printen staat voor vrijheid van ontwerp en de productie is op maat en on demand. Dankzij het additief productieproces is er minder afval en heb je geen voorraden nodig. In de klassieke brillenindustrie wordt veertig procent van de productie niet verkocht", stelt Bieke Hoet. De 3D geprinte brillen scoren op het vlak van duurzaamheid, ze worden lokaal geproduceerd, al zijn er ook wel uitdagingen. Het vergt de nodige investeringen in hard- en software, opleiding en Onderzoek & Ontwikkeling om het productieproces op punt te zetten. Ook de kostprijs van het titaniumpoeder en de complexiteit van de nabewerkingen zijn niet te onderschatten. "Het duurt honderd uur om één montuur te printen, het gaat om drieduizend laagjes. Voor de nabewerking mag je nog eens vijf uur rekenen", vertelt Hoet. De 3D-collectie bevat achttien modellen die worden verkocht in meer dan honderd verkooppunten in twintig landen. Het gaat om exclusieve modellen, goed voor een jaarlijkse verkoop van 300 tot 350 monturen. Volgens Bieke Hoet zullen de twee businessmodellen - klassieke productie én 3D printen - naast elkaar blijven bestaan. Voor de interventie van kunstenaar en activist Dan Acher werd een videoverbinding gelegd met Genève. De installaties van Acher draaien rond mensen samenbrengen, verbinden. Bekende projecten van de Zwitser zijn onder andere Borealis waarbij hij het noorderlicht simuleert in 25 steden wereldwijd. Of Turn Me On, "waar we kunst tonen waar er nooit kunst te zien is". Een van zijn bekendste werken is #WeAreWatching, een gigantische vlag met daarop een monumentaal oog, gemaakt van 14.000 portretfoto's van mensen uit 190 landen. De vlag van 600 vierkante meter was te zien op verschillende klimaatconferenties. Visix stond in voor de productie. Leerrijk was ook het debat met de 'printkoppen'. Fespa Belgium had vijf vertegenwoordigers verzameld van printerfabrikanten. De heren lieten hun licht schijnen op de toekomsttrends voor de industrie. Namen deel aan het debat: Mike Horsten, global business manager InterioJet bij Agfa, Kris Walewijns, global strategy & new business development bij Canon Production Printing, Wim Vandendriessche, algemeen directeur Benelux bij swissQprint, Dimitri Van Gaever, market segment director bij Xeikon en Nico Sleeckx, sales & business development manager Benelux, Nordics & Germany bij EFI. Het debat werd gemodereerd door Filip VanDen Abeele. Thema's zoals duurzaamheid, automatisatie, de krapte op de arbeidsmarkt, artificiële intelligentie, enzovoort passeerden de revue. Over de huidige marktdynamiek, met de oorlog in Oekraïne, de energiecrisis, de oplopende inflatie, de vertraging van de economie, waren verschillende panelleden opvallend optimistisch. Het positieve sentiment van de Fespa-vakbeurs in Berlijn (van 31 mei tot 3 juni, zie blz. 32) zinderde nog na op het congrespodium in Brugge. "We zien een grote vraag, mensen zijn bereid om te investeren", geeft Wim Vandendriessche mee. Hetzelfde geluid bij Canon. "De vooruitzichten zijn beter dan verwacht. We hebben een goede Fespa-beurs achter de rug. Commercieel is het klimaat redelijk goed, voor de productie en de logistiek is er wel een crashteam aan de slag om chips aan te kopen", zegt Kris Walewijns. "De impact bij Agfa is groot", geeft Mike Horsten dan weer toe. "Ik denk dat iedereen dat voelt. De wereldwijde supply chain-problemen zijn gigantisch. Probeer maar eens een container vast te krijgen en te vullen tegen de prijs van vijf jaar geleden. Het is een drama en iedereen in de zaal ervaart het. De energiekosten zijn met 25 procent gestegen in enkele maanden tijd, dat heeft een impact. Een printer die je vroeger in drie maanden geleverd kreeg, daar moet je nu zes maanden op wachten. Dat is de realiteit. De prijzen gaan omhoog en het wordt moeilijker." Nico Sleeckx gaat akkoord met de analyse van Horsten en ziet de impact van de geopolitieke spanningen op de logistiek van EFI, op de productiekost en bij de klanten. "Ik ben ook verantwoordelijk voor de Scandinavische regio en ik kan u verzekeren dat een Finse drukker momenteel van andere dingen wakker ligt dan van investeren." Dimitri Van Gaever ziet ook kansen in deze turbulente tijden: "De zwaktes van het traditionele model met centralisatie, print en distributie zijn pijnlijk blootgelegd. We zien een trend naar meer lokale productie. Ik denk dat dit goed nieuws is voor velen van ons. Nu is het van belang om flexibele digitale drukpersen te hebben die je afhankelijk van een flexibele applicatie kan ontplooien op verschillende locaties." Tijd om de kristallen bol boven te halen. Hoe ziet de toekomst van de print- en signindustrie eruit? Volgens Mike Horsten evolueert de industrie naar meer personalisatie, kleine oplages voor specifieke producten. "In de vloerbekledingsindustrie is laminaat een goed voorbeeld. De consument wil een gepersonaliseerde vloer en de nieuwe industriële processen maken het mogelijk. Hetzelfde speelt bij behangpapier. Zo zijn er verschillende marktsegmenten die vandaag nog hoofdzakelijk analoog zijn, maar in de toekomst digitaal zullen worden." Kris Walewijns gaat door op de revolutie die aan de gang is in de markt van de interieurdecoratie. "Ik ben 46 jaar en sinds ik in deze industrie werk, hoor ik sommige mensen print dood verklaren. Als we het puur hebben over het doorgeven van informatie dan is dat zo maar van zodra je extra waarde toevoegt dan is print the way to go. Dat kan emotie zijn, personalisatie, lokalisatie, noem maar op. Veel van wat nu analoog gebeurt zal ooit digitaal gedrukt worden, daar zijn we van overtuigd." Dat geldt volgens Walewijns ook voor industriële toepassingen. "Single-pass is voor de heel grote volumes, maar daarnaast is er nog een brede sign & displaymarkt die dergelijke volumes niet nodig heeft. Het gaat om productiviteit: de efficiëntie en de automatisatie van de printers zal alleen maar toenemen." "Print is levendiger dan ooit", beaamt Nico Sleeckx. "Dat heeft te maken met de toepassingen, de machines, de technologie die evolueert. De printkoppen worden beter, de samenstelling van de inkten is veranderd. Er is meer mogelijk, we kunnen op meer materialen printen." Maar we zijn er nog niet. Zo kan het productieproces nog duurzamer. "Ik heb het gevoel dat we zelfs nog maar aan het begin staan", stelt Sleeckx. Als het gaat over de productiesnelheid, een troef van single-pass inkjet, dan brengt Dimitri Van Gaever een nieuw element in het debat: OEE of Overall Equipment Effectiveness. "Met een concept als OEE kijken we naar de verhouding tussen wat een machine in staat is om te produceren en wat de effectief gerealiseerde verkoopbare output is. OEE is een veel interessanter concept dan de pure snelheid. Als je de OEE in kaart brengt, kan je bijsturen en betere machines maken." De Zwitserse fabrikant swissQprint kiest voor de niche en produceert alleen vlakbedprinters. "We spelen in op de evolutie om snel en efficiënt te kunnen wisselen tussen verschillende jobs", zegt Wim Vandendriessche. "Ver vooruit kijken richting 2030 is quasi onmogelijk. Maar ik zie alvast twee sporen: we evolueren naar machines die zo weinig mogelijk energie verbruiken en de samenstelling van de inkten wordt alsmaar groener." Duurzaamheid en circulaire economie staan volgens alle panelleden hoog op de agenda in de internationale bedrijven waar ze actief zijn. Verschillende Sustainable Development Goals (SDG) zijn in bedrijfscharters opgenomen en worden meer en meer concreet. Volgens Kris Walewijns heeft het medium de grootste ecologische voetafdruk van het hele drukproces. "We bekijken samen met de mediaproducenten hoe we op zo ecologisch mogelijk materiaal kunnen printen. De verantwoordelijkheid ligt bij de fabrikanten, niet noodzakelijk bij de mensen die printen. Daar horen we dat het thema minder belangrijk is, zeker als er extra kosten bijkomen voor meer ecologische materialen." Mike Horsten trekt het duurzaamheidsthema open. "Sustainability is veel meer dan alleen energie en materialen, het is ook inclusie, hoe ga je met mensen om. Een van de grote problemen die we momenteel in Europa hebben, is personeel vinden. Dus we moeten productieprocessen meer automatiseren, mensen minder belasten. Als je efficiënter werkt, verbruik je minder energie en produceer je minder afval." Ook op het vlak van inkten staat de industrie niet stil. Uit de zaal kwam de pertinente vraag naar de toekomst van (toxische) UV-inkten in een duurzaam bedrijfsverhaal. "UV heeft een slechte reputatie vanuit het verleden. Bij de huidige generatie wordt het gevaar geminimaliseerd en gecapteerd", antwoordt Kris Walewijns. "Ook met watergedragen inkten ga je geen ijslolly's maken, die zitten vol biociden en fluociden om de inkt stabiel te houden. Het water verdampt in de lucht en die stoffen kan je niet meer capteren. UV-inkt waar je het gevaar capteert, is ecologisch meer verantwoord dan andere technologieën op waterbasis." Volgens Dimitri Van Gaever is het belangrijk om naar de applicaties te kijken. "Er gebeuren veel ontwikkelingen om UV-inkten veiliger te maken. Bij Xeikon hebben we een droge toner-technologie die kan ingezet worden voor voedselveilige toepassingen. Dat kan je in zekere mate ook doen met sommige watergebaseerde inkten. We hebben ook UV-persen in het gamma, bijvoorbeeld voor de druk van etiketten die moeten bestand zijn tegen zeer hoge temperaturen. Het is een genuanceerd verhaal." Mike Horsten: "De realiteit is dat we nu betere inkten hebben dan vijftien jaar terug. Zo worden tegenwoordig UV-inkten gemaakt zonder PFAS bijvoorbeeld." Een andere evolutie die we in het printerlandschap al verschillende jaren zien, is het groter worden van de machines en het optrekken van de productiesnelheid. Maar volgens Nico Sleeckx van EFI wordt er ook gewerkt aan kleinere machines. "We gaan de twee richtingen uit en dat heeft te maken met de markt waarin je actief bent. In de grotere landen zoals Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk of het Iberisch Schiereiland wordt er gewerkt met grotere volumes. Zij hebben nood aan grotere printers die volume moeten draaien binnen een bepaalde productietijd. Daar zie je de eerste volledige automatisatieprojecten: pallet-to-pallet met robots. In landen waar kleinere volumes geproduceerd worden gaat het meer om creativiteit, meer wissels, meer verschillende toepassingen, dat kan met kleinere printers." Het debat met de printerfabrikanten werd afgerond met een laatste rondje koffiedik kijken richting 2030. Welke topics staan dan hoog op de agenda? "Ik denk dat consolidatie een probleem wordt omdat het creativiteit tegenhoudt", antwoordt Mike Horsten. "Op het moment dat je een paar hele grote printfabrieken hebt, dan is de creativiteit moeilijker te realiseren dan als je verschillende kleine printers hebt die creatief bezig zijn. Door de schaal raak je een stuk ontwikkeling en innovatie kwijt. Dat is een moeilijk thema. Hoe innoveren in de printmarkt? Hoe trekken we jongen mensen aan?" Volgens Kris Walewijns is sustainability een blijver in 2030 en ook in 2050. Wim Vandendriessche durft niet zo ver vooruit te kijken maar denkt dat het energievraagstuk ook in 2030 nog actueel zal zijn. Dimitri Van Gaever voegt artificiële intelligentie (AI) toe aan het lijstje. "We zijn al met AI bezig. Alle data die we verzamelen van onze drukpersen gebruiken we om predictive maintenance in te voeren, dat is al concreet aan de gang. Ik vermoed dat die technologie in de toekomst nog meer een rol zal spelen." "Laten we de DeLorean nemen en terug gaan naar 2010 en zo kijken naar vandaag", stelt Nico Sleeckx voor. "Hadden we toen kunnen dromen waar we nu mee bezig zijn? Hadden we bepaalde innovaties of applicaties voor ogen? Neen, dat kan ook niet. Daarom ben ik nu ook voorzichtig. Wat gaan we in 2030 doen? De voornaamste uitdaging is om te voldoen aan de wensen van een steeds veeleisender wordende markt binnen een alsmaar strenger wordende regelgeving op het vlak van milieu, productsamenstelling, inkten, enzovoort waar wij mee moeten werken." Na de koffiepauze werd een videoverbinding gelegd met Peter Huyghe, de printmanager van Tomorrowland. Huyghe is er sinds de start (2005) van het tot de verbeelding sprekende dancefestival bij. Tomorrowland bracht deze zomer tijdens drie weekends zo'n 600.000 mensen naar het recreatiedomein De Schorre in Boom. Het gaat om een heel internationaal publiek, de festivalgangers komen uit meer dan tweehonderd landen. Weareone.world, het bedrijf achter Tomorrowland, kreeg dit jaar de toestemming van de lokale overheden om drie weekends te organiseren. Zo kunnen de coronaverliezen van 2020 en 2021 gecompenseerd worden. Peter Huyghe zag het project van de gebroeders Michiel en Manu Beers over de jaren heen uitgroeien tot een internationaal entertainmentbedrijf met events in de Verenigde Staten, Brazilië, de Franse Alpen, enzovoort. "De stages worden hier gebouwd met lokale producenten. Het gaat om gigantische volumes. De mainstage was deze zomer zo'n 56 meter hoog en drie keer zo breed", vertelt Huyghe. Qua printvolume bestelde Tomorrowland dit jaar ongeveer 40.000 vierkante meter. "Veertig tot vijftig procent wordt door Belgische bedrijven gedrukt", stelt Peter Huyghe. "Qua volume is dat indrukwekkend. Het meeste materiaal wordt over de jaren heen ook hergebruikt." Bij de keuze van de printbedrijven wordt volgens Huyghe vooral gekeken naar betrouwbaarheid in kwaliteit en tijd. "Timing is het belangrijkste." Stefaan Decroos, de CEO van het Roeselaarse standenbouwbedrijf beMatrix, vervolgde op het podium met een getuigenis over veerkracht na de coronapandemie. BeMatrix produceert modulaire standenbouwsystemen, vooral voor de export. Voor corona groeide de KMO als kool. "De impact van de coronapandemie was enorm", vertelt Decroos. "We verloren 91 procent van onze omzet. We moesten snel schakelen en plooiden ons terug op onze kern met een kleiner team. We proberen ons bedrijf terug op te bouwen vanuit rendabele projecten. Dat betekent een geografische focus: de helft van onze business zit in de Verenigde Staten en de andere helft in Europa. En productfocus: doen waarvoor we bekend zijn en waar we marge mee opbouwen." De markt van de standenbouwers is volgens Stefaan Decroos nog steeds kwetsbaar en dus wordt er bij beMatrix weer gefocust in plaats van gediversifieerd. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit. De afgeslankte organisatie is sinds de crisis nog meer doordrongen van een algemeen kostenbewustzijn. "We hebben verschillende productlijnen stopgezet. Op het vlak van duurzaamheid schakelen we dan weer een versnelling hoger. We willen koolstofneutraal zijn in 2026. Dat betekent zoveel mogelijk CO2 reduceren en wat je niet kan vermijden, wordt gecompenseerd", duidt Decroos. Over de toekomst is de ondernemer vrij optimistisch. "Maar niemand weet wat er dit najaar zal gebeuren." Voor de branche van de beurzen en evenementen ziet Stefaan Decroos enkele trends: "De bezoekers reizen minder internationaal, want het kost tijd en het is niet duurzaam. Dat betekent dat internationale beurzen minder bezoekers trekken maar de mensen die komen zijn wel beslissingsnemers. We zien ook een evolutie naar eerder lokale beurzen, omdat er minder intercontinentaal gevlogen wordt. De virtuele events bleken geen alternatief. Mensen willen netwerken, beleven, genieten." In de combinatie van offline events met een permanente online poot gelooft Stefaan Decroos wel. De topman van beMatrix besloot zijn uiteenzetting met een oproep naar de printsector. "De trend naar herbruikbare materialen wordt belangrijker en ook onze branche zal de ecologische voetafdruk moeten registreren en verkleinen. Ik stel me vragen bij het duurzame karakter van de prints - doeken en panelen - die gebruikt worden om standen te bekleden. In hoeverre wordt het materiaal opgehaald en gerecycleerd? Daar moeten we naartoe." Na de presentatie van Karel Vercruysse (Deloitte) over fusies en overnames in de bedrijfswereld, was het tijd voor emoties. Jean Van Houtryve nam afscheid als voorzitter van Fespa Belgium, hij leidde de organisatie sinds de oprichting in 2019. Christian Duyckaerts, bestuurslid van Fespa Global, dankte Van Houtryve voor de geleverde inspanningen in moeilijke tijden. Het lanceringsevent van Fespa Belgium was op 12 februari 2020 in Tervuren, een maand later brak de coronapandemie uit. "Je hebt van Fespa België een mooi verhaal gemaakt", stelde Duyckaerts. Jean Van Houtryve gaf in Brugge de fakkel door aan de nieuwe voorzitter Femke Helon, mede-eigenaar en CEO van 3Motion (zie kader). Het slotwoord van het toekomstcongres was voor Geert De Wael van The Forge, een spin-off van de Universiteit Gent. Hij had het over hoe je een goed gefundeerde team- en organisatiecultuur kan smeden in een wereld die vooral op het onderbuikgevoel vertrouwt.