Dat was even schrikken: na jaren van vrijwel onophoudelijke groei werd de markt voor zelfklevende etiketten begin 2022 plots met een krimp geconfronteerd. Terwijl diezelfde markt in 2021 nog met 7 procent groeide tot een record van 8,5 miljard vierkante meter - en het jaar daarvoor ook nog een plus noteerde van 4,3 procent (in tijden van corona) - daalde de vraag in de eerste helft van vorig jaar met 2 procent.
...

Dat was even schrikken: na jaren van vrijwel onophoudelijke groei werd de markt voor zelfklevende etiketten begin 2022 plots met een krimp geconfronteerd. Terwijl diezelfde markt in 2021 nog met 7 procent groeide tot een record van 8,5 miljard vierkante meter - en het jaar daarvoor ook nog een plus noteerde van 4,3 procent (in tijden van corona) - daalde de vraag in de eerste helft van vorig jaar met 2 procent. Pas toen in het derde kwartaal de leveringsproblemen rond papieren labelmateriaal op rollen werden opgelost, keerde het tij, schrijft de Europese brancheorganisatie FINAT in zijn Yearbook 2022: "Daarmee werd de neerwaartse spiraal gekeerd, althans voorlopig." En hoewel de markt zich vervolgens herstelde en uiteindelijk toch nog een groei van 1,7 procent in het derde kwartaal wist te realiseren, volgde in het laatste kwartaal opnieuw een daling. FINAT lijkt dan ook nog niet volledig zeker van zijn zaak: "De kernvraag blijft hoe de algehele economische onzekerheden de toekomstige vraag naar zelfklevende etiketten zal beïnvloeden." Rond de dip van 2022 is enige nuancering op zijn plaats. FINAT wijst er in het jaarboek op dat er twee uitzonderlijke en disruptieve jaren aan vooraf gingen. De coronapandemie die begin 2020 uitbrak, dreef de vraag naar etiketten voor allerlei essentiële producten en diensten sterk op. En dankzij het snelle economische herstel in 2021 bleef de markt ook daarna nog groeien. Dat resulteert erin dat er - op basis van die 8,5 miljard vierkante meter aan zelfklevende materialen en uitgaande van gemiddelde etiket-afmetingen - in Europa nu iedere week zo'n 10 miljard etiketten worden gebruikt. Oftewel 20 etiketten per hoofd van de bevolking, rekent FINAT voor, en in West-Europa is dat zelfs 50 etiketten per inwoner. Onvermijdelijk kreeg de ook de etikettenmarkt te maken met de coronanasleep die begin 2022 evident werd. Verstoorde toeleveringsketens, nog versterkt door China's aanhoudend strikte coronamaatregelen, zetten een rem op de groei door gebrek aan materialen en onderdelen. FINAT: "Alle hoop op terug een snel herstel van de situatie verdween volledig toen Rusland op 24 februari Oekraïne binnenviel." Om de zaken nog te bemoeilijken, zag de labelindustrie zich in de eerste maanden van 2022 geconfronteerd met een langdurige staking bij de fabrieken van UPM in Finland. Die zorgde voor een schaarste aan met name papieren etikettenmateriaal en rugpapier, waardoor levertijden soms tot wel vijf of zes maanden dreigden op te lopen met bovendien sterk stijgende prijzen. Liefst 60 procent van de labelfabrikanten liep omzet mis vanwege de toeleveringsproblemen, bleek uit het periodieke Radar-onderzoek van FINAT. Hoewel de staking na ruim honderd dagen in april werd beëindigd, dreunde de marktverstoring nog maandenlang na. Aan de vooravond van 2023 keek FINAT-voorzitter Philippe Voet dan ook met de nodige voorzichtigheid naar de toekomst. De (dreigende) recessie is slecht voor de labelmarkt, aangezien de vraag naar zelfklevende etiketten altijd sterk afhankelijk is van de economische ontwikkeling. "De tijd zal het leren", aldus Voet. "Maar onze blik op de toekomst wordt vertroebeld door de huidige mix van stijgende kosten voor energie en materialen, daling van het besteedbaar inkomen, verstoring van de arbeidsmarkt, crisis op de voedselmarkt en concessies op het gebied van de klimaatdoelstellingen vanwege de nood aan voldoende brandstofvoorraden." Desondanks ziet hij ook positieve kanten: "Crisissituaties zoals deze kunnen ook innovaties aanjagen op het gebied van duurzaamheid, recyclage, automatisatie, digitalisering en beter beheer van de toeleveringsketens." En laten dat nu ook juist thema's zijn die op Labelexpo Europe een belangrijke rol zullen spelen. De wereldwijde labelindustrie heeft het, sinds de laatste aflevering van Labelexpo Europe in 2019 in Brussel, lang zonder vakbeurs moeten doen. De regulier geplande editie in september 2021 werd vanwege de toen nog altijd aanhoudende coronaperikelen verplaatst naar het voorjaar van 2022. Begin 2022 bleken, in de aanloop naar de beurs in april, al verschillende exposanten af te haken, waaronder Nilpeter, Gallus en Bobst. Ook had bijvoorbeeld HP, dat tijdens voorgaande edities groot uitpakte op de centrale 'Patio', slechts een bescheiden aanwezigheid voorzien. Uiteindelijk vond ook deze Labelexpo Europe geen doorgang: opnieuw koos de organisatie voor uitstel (naar september 2023) om reden van de toch al moeilijke marktomstandigheden en de escalerende situatie in Oekraïne. Pas in september 2022 kon de labelindustrie voor het eerst weer enigszins zijn hart ophalen tijdens Labelexpo Americas in het Amerikaanse Chicago, met zo'n 400 deelnemende fabrikanten. Daar werd duidelijk zichtbaar dat de digitalisering, op maar ook rondom de labelpers, zich in onverminderd tempo voortzet. Zozeer zelfs, dat er voor het eerst geen enkele flexopers op de beursvloer te zien was. Het volledig ontbreken van flexopersen tijdens deze beurs betekent overigens zeker niet dat ze uit de labelindustrie verdwijnen. Marktanalist David Zwang stelt in zijn Future of Flexo to 2027-rapport dat flexo nog altijd de dominante technologie is: "Naar verwachting zullen tegen 2027 digitale persen en flexopersen elkaar evenaren in de waarde die ze vertegenwoordigen in de labelindustrie. Maar als we kijken naar het volume dat ze produceren, dan liggen de verhoudingen over vijf jaar nog altijd ongeveer 3 op 1 in het voordeel van flexo." De nog altijd dominante positie van flexo zal straks tijdens Labelexpo Europe 2023 ook zeker zichtbaar zijn. Sterker: "Flexo maakt in Brussel een belangrijke comeback, na de afwezigheid tijdens Labelexpo Americas", stelt Andy Thomas-Emans, directeur bij Labelexpo-organisator Tarsus. Hij verwacht in september een breed aanbod van nieuwe conventionele, digitale en hybride persen in actie te zien. Daarbij zullen een aantal thema's de boventoon voeren, namelijk automatisering, duurzaamheid en diversificatie. "Automatisering gaat over meer dan alleen het geautomatiseerd aansturen van de persen", legt Thomas-Emans uit in een artikel op de website van Labelexpo. "Het doelt ook op de integratie van de pers in een breder netwerk. Dat stelt je in staat om bijvoorbeeld je kleurbeheer van begin tot eind te automatiseren, maar ook je machines voortdurend te monitoren en alle data uit de productie via de cloud te rapporteren. En we zien ook toepassingen van machine learning en kunstmatige intelligentie gekoppeld aan camera's in de pers en andere sensoren." Om het thema inzichtelijk te maken, organiseert Labelexpo een 'Automation Area' (Hal 11 C17) waar een volledig 'lights out' workflow wordt gedemonstreerd. Met medewerking van CERM, Esko, AVT, Xeikon en Grafotronic zal een volledig geautomatiseerde productie van wijnetiketten te zien zijn, van inrichten en drukken (inclusief het aanbrengen van folie met behulp van een nieuwe module die Kurz ontwikkelde voor Xeikon) tot en met converting. De door CERM verzamelde productiedata zullen via de cloud direct inzichtelijk kunnen worden gemaakt op de smartphones van beursbezoekers. Ook bij de verschillende exposanten speelt automatisering een hoofdrol. Persenleveranciers zoals Gallus (Hal 11 C30) spreken over een 'ecosysteem' waarbinnen de labelpers opereert en, via de Prinect workflow-software van Heidelberg, ook van op afstand wordt gemonitord en aangestuurd. Het is een term die ook anderen bezigen. Zo vormen de digitale persen van Durst (Hal 7 C45) een ecosysteem met het eigen softwareportfolio van Durst Workflow en Durst Analytics. Mark Andy (Hal 4 C45) beschikt met 'sMArt link' eveneens over een cloud-gebaseerd platform. En bij Bobst (Hal 3 A59) beperkt het 'All-in-One' concept zich evenmin tot de pers: het betreft er de complete workflow. Ook bij Esko (Hal 3 C60) is sprake van een ecosysteem, in de vorm van een volledig digitale workflow. Dat moet labelproducenten helpen hun proces - van design tot drukvormvervaardiging en productie - te stroomlijnen om zo kleurkwaliteit en consistentie te garanderen. De combinatie van X-Rite meetapparatuur, Pantones kleurexpertise, Esko color management software en Esko AVT inspectie technologie legt de basis voor een efficiënte productie - en daarmee ook voor kostenbesparingen, minder afval en lagere milieu-impact. Automatisering en systeemintegratie staan ook centraal bij Hybrid Software (Hal 8 B45). Het portfolio strekt zich inmiddels uit van intelligente prepress-software (zoals Packz en Stepz), 3D visualisatie (iC3D), color management (ColorLogic), digital front end en RIP technologie (zoals Global Graphics' Smart DFE en Xitron's Navigator) en industriële inkjet (Meteor). Behalve nieuwe innovaties op de verschillende onderdelen ligt de focus ook op de te behalen synergievoordelen binnen het complete pakket. De terechte aandacht voor automatiseren en workflow neemt niet weg dat de focus van zowel exposanten als bezoekers tijdens Labelexpo Europe toch vooral op de druktechniek ligt. Zoals al aangekondigd is flexo ruim vertegenwoordigd op de beursvloer. Toch is de stap richting een hybride druktechniek - kenmerkend voor de labelindustrie - natuurlijk nooit ver weg. En ook dat geldt inmiddels ook voor de volledig digitale persen (inkjet én toner), die ook steeds vaker bij de van oorsprong 'conventionele' leveranciers een vaste plek in het portfolio hebben gekregen. Onderstaande selectie uit het aanbod van de ongeveer 700 exposanten geeft alvast een indruk van wat er straks op het programma staat. Een partij die in ieder geval de sterke positie van flexo in de labelindustrie onderkent, is AtéCé (Hal 4 D63). "De verpakkingsdrukwerk- en labelindustrie zijn belangrijke markten voor ons", stelt de Nederlandse producent en leverancier van grafische verbruiksmaterialen. Het bedrijf beschikt over eigen inktfaciliteiten waar naast verschillende offsetinkten ook food packaging compliant (LED)UV flexo-inkten worden gemengd. Persenbouwer Mark Andy (Hal 4 C45) belooft de wereldpremière van zijn nieuwe 'PRO Series' flexopers, gemaakt voor de productie van zelfklevende etiketten. De modulaire opgebouwde machine is volledig servo-aangedreven - een techniek die zich al heeft bewezen op bijvoorbeeld de Evolution-persen van Mark Andy. Deze nieuwe flexopers kan indien gewenst ook worden uitgerust met een digitale tonergebaseerde print-unit, zodat een veelzijdige hybride pers ontstaat. "Hybride persen worden steeds populairder onder labeldrukkers en converters", stelt de Amerikaanse fabrikant. Daarom komt op de stand ook de 'Digital Series HD'-pers, uitgerust met een folie-unit van Kurz, in actie, net als de laatste versie van de flexo/toner hybride Digital Pro Max-pers. Ook Nilpeter (Hal 7 B40) komt met nieuwe flexopersen naar Brussel: de FA-26 en de FA-17. Die laatste machine is voorzien van de 'Digital Varnish Bar', een speciale inkjet-unit die dient als digitale vervanger van traditionele vernis-technologie. Andersom zal Nilpeter's flexo-techniek van de FA-machines ook worden ingezet in combinatie met de Truepress LABEL SAI S 7C inkjetlabelpers van Screen. Het Italiaanse Omet (Hal 6 C4) presenteert de nieuwe KFlex flexopers, die vorig jaar werd gelanceerd. De machine is zeer veelzijdig inzetbaar, voor het drukken en veredelen (folie, pregen, lakken, enz.) van allerlei labels maar bijvoorbeeld ook de productie van shrink sleeves. Op de stand wil Omet de bezoekers tonen hoe de combinatie van flexo-, digitale, offset- en diepdruk-technologie drukkers in staat stelt snel en flexibel te reageren op de veranderende marktvraag. Het Zwitserse Bobst (Hal 3 A59) brengt onder andere de MASTER M6 flexo-pers mee om de voordelen van extended color gamut printing (ECG) te demonstreren. Met de oneECG-technologie bereikt de drukker met gebruik van zeven drukkleuren een groot kleurenspectrum, waardoor de inzet van aparte steunkleuren vrijwel overbodig wordt. Bobst laat bovendien ook de Digital Master 340 All-in-One zien in een modulaire en hybride UV inkjet/flexo-versie die aan 100 meter/minuut een end-to-end labelproductie mogelijk maakt. Flexo mag dan met een comeback op het Brusselse podium zijn hoofdrol terug opeisen, maar de ontwikkeling op het gebied van digitale labelpersen zet zich duidelijk onverminderd voort. Sterker nog: het officiële beursdebuut van de Gallus Label One inkjetpers luidt "de start van een nieuw tijdperk voor Gallus en Heidelberg" in. De 340 mm brede labelpers was weliswaar in 2022 al even virtueel te zien tijdens Labelexpo Americas, maar in Brussel moet de machine net zo'n blikvanger worden als de hybride Labelfire 340 dat in 2019 was. Gallus One is een UV inkjet-pers met CMYK (plus eventueel wit), met een topsnelheid van 70 meter per minuut. De machine is ontworpen om de markt een betaalbaar alternatief te bieden, met een aantrekkelijke Total Cost of Ownership (TCO), aldus Gallus (Hal 11 C30). Ook HP (Hal 8/9 Patio), onbetwist marktleider in de labelindustrie als het om digitale persen gaat, verzet de bakens met de Europese introductie van de smalbaan HP Indigo V12. Dit is de eerste machine op een compleet nieuw platform, waarmee HP de basis legt voor toekomstige ontwikkelingen. Het meest in het oog springende verschil met de huidige generatie persen van HP Indigo zit hem in de toepassing van een langwerpige 'blanket belt' in plaats van een centrale cilinder die het drukbeeld overdraagt op het substraat. In combinatie met de vernieuwde LEPx-technologie gaat zowel de kwaliteit als de snelheid van de HP Indigo V12 aanzienlijk omhoog, claimt de fabrikant. HP neemt, net als op eerdere edities van Labelexpo Europe, de volledige patio tussen hal 8 en 9 in beslag. Het heeft daarom volop ruimte om, naast de HP Indigo 6K, ook op de pas-geïntroduceerde HP Indigo 200K Digital Press de productie van pouches te demonstreren. Xeikon (Hal 5 C29) grijpt de beurs aan om nieuwe innovaties te tonen, zoals de nieuwe generatie tonergebaseerde labelpersen onder de noemer 'Cheetah 3.0'. Met name op het gebied van de ecologische voetafdruk van de industrie moet deze machine een voortrekkersrol gaan spelen. Dat is onder andere mogelijk dankzij de inzet van de nieuwe ECO-toners van Xeikon, waarin ruim 60 procent gerecycleerde PET is verwerkt. En er is meer tonernieuws: Xeikon introduceert op Labelexpo ook de nieuwe 'Titon' toner-technologie op de 520 mm brede TX-500 pers. Deze technologie werd speciaal ontwikkeld voor de productie van papier-gebaseerde flexibele verpakkingen, zoals pouches en sachets. Het scala aan digitale labelpersen wordt ondertussen steeds breder. Het zal interessant zijn om te zien waar Edale (Hal 7 A39) mee komt nu het sinds april 2022 onderdeel is van Canon Production Printing. Ze ontwikkelden eerder gezamenlijk de Labelstream 4000 inkjetlabelpers, die in 2019 zijn debuut maakte in Brussel. Screen (Hal 9 B30) brengt onder andere de Truepress L350UV SAI mee. Domino (Hal 9 A60) demonstreert de N730i UV met Bitstar inkjetkoppen van moederbedrijf Brother. Durst (Hal 7 C45) introduceert het Hawk Eye kwaliteitsbewakingssysteem op zijn Tau w510 RSCi pers (die tevens voorzien is van de nieuwe 'dubbel wit'-module) - en belooft ook nog een nieuwe digitale pers te onthullen. En Konica Minolta (Hal 8 C21+22) pakt opnieuw uit met een flinke stand en toont daar naast onder andere de tonergebaseerde AccurioLabel 400 ook de AL 230 voorzien van een geïntegreerde inkjet-unit voor het aanbrengen van bijvoorbeeld wit of lak. Het is kortom zeer de moeite waard om, na vier jaar, weer van 11 tot 14 september naar Brussel te komen en de stand van zaken in de labelindustrie te aanschouwen. Over twee jaar (zie kadertekst) zal daar een reis richting Barcelona voor nodig zijn.