Charlotte Beirnaert, manager Branding and Packaging van Lidl België en Luxemburg, was een van de sprekers tijdens het succesvolle tweede Packcontact in het Huis van de Voeding in Roeselare. Haar interessante presentatie was alleszins reden voor een vervolginterview. Met als centraal thema het duurzame verpakkingenbeleid, dat de retailer uitdraagt.
...

Charlotte Beirnaert, manager Branding and Packaging van Lidl België en Luxemburg, was een van de sprekers tijdens het succesvolle tweede Packcontact in het Huis van de Voeding in Roeselare. Haar interessante presentatie was alleszins reden voor een vervolginterview. Met als centraal thema het duurzame verpakkingenbeleid, dat de retailer uitdraagt.De eerste doelstellingen van Lidl rondom duurzame verpakkingsdoelstellingen kaderden rond papier, karton en hout. Deze werden in 2015 gecommuniceerd. "Vanaf eind 2016 zijn alle nationaal ingekochte consumentenverpakkingen met karton of papier FSC en/of PEFC gecertificeerd", aldus de aftrap van Beirnaert. "En sinds eind 2018 zijn naast de consumenten- ook alle secundaire verpakkingen (omkartons) voor nationaal ingekochte producten voor 100 procent vervaardigd uit gerecycleerde en/of gecertificeerde materialen. Sinds maart 2018 hebben we als retailer daar nog extra doelstellingen rondom plastic bij geformuleerd. Namelijk dat tegen 2025 het aandeel plastic in de verpakkingen binnen nationaal ingekochte eigen merken met 20 procent verlaagd moet zijn en dat tegen 2025 alleen nog maar 100 procent recycleerbare primaire verpakkingen worden gebruikt om zo stappen te kunnen zetten richting een circulaire economie."Daarmee loopt Lidl voor op de Europese wetgeving die eist dat tegen 2030 alle verpakkingen recycleerbaar zijn. "Hier zijn we ambitieuzer, omdat we beseffen dat we als retailer een grote impact hebben op onze omgeving, milieu, grondstoffen én omdat we een voorbeeld willen zijn voor andere - kleinere - bedrijven."In het geval van plastic ligt de focus op de recycleerbaarheid en de reductie van plastic en dus pas in tweede instantie op bijvoorbeeld het gebruik van gerecycleerd of biobased plastic. "Als het gaat om gerecycleerd plastic, zijn we hier voorstander van, maar enkel indien die onze doelstelling van 100 procent recycleerbaarheid niet onderuithaalt", aldus Beirnaert. "Ook biobased plastic is geen focus, aangezien hier ook moet gedacht worden aan de milieu-impact. Alternatief plantaardig materiaal kan een grotere milieu-impact hebben. Zowel omwille van de herkomst van de grondstof als de weg die het aflegt vooraleer het verwerkt wordt tot verpakking. "Ook hier zullen we eerst werken naar onze doelstelling, namelijk 100 procent recycleerbaarheid. Deze primeert. Bij het herbekijken van een verpakking, zullen we dus eerst gaan kijken hoe we plastic kunnen reduceren en de verpakking recycleerbaar kunnen maken. Als het gebruik van gerecycleerd plastic (zoals RPET in plaats van PET) het product nog altijd recycleerbaar maakt, we niet af moeten stappen van onze doelstelling en dit past binnen de kosten, dan kan dit uiteraard."Beirnaert geeft toe dat er in het geval van voedingsmiddelen een extra uitdaging ligt om recycleerbare of niet-plastic verpakkingen te kunnen toepassen. "Bij voedingsmiddelen dient de verpakking in eerste instantie voedselveilig te zijn. Ik denk bijvoorbeeld aan migratie van bepaalde stoffen zoals minerale oliën. Hierdoor is het niet altijd makkelijk om zomaar over te schakelen naar een duurzamere verpakking, omdat bijvoorbeeld een coating nodig is om die migratie tegen te gaan en niet alle duurzame verpakkingen een even goede barrière bieden."Verder zijn er ook andere aspecten die moeten geëvalueerd worden bij het overschakelen van het ene materiaal en format naar het andere. "Er moet rekening gehouden worden met houdbaarheid. Misschien heeft de duurzame verpakking daar een negatieve invloed op. Maar ook met de logistiek en handling. Garandeert een duurzamere verpakking bijvoorbeeld dezelfde stevigheid en handling? Bij het reduceren van plastic, door het dunner te maken, kan het betekenen dat een artikel sneller beschadigd geraakt of de houdbaarheid achteruitgaat. Hierdoor zouden er dan bijvoorbeeld weer meer voedselverliezen kunnen zijn, en dat willen we uiteraard ook vermijden. Het is dus een moeilijkere oefening dan het op het eerste gezicht lijkt. Daarom is het van belang dat we samen met onze leveranciers en andere stakeholders hierop werken en product per product dienen te evalueren vooraleer we overschakelen. De kwaliteit van een artikel mag er in geen geval op achteruitgaan."Beirnaert vertelt verder dat Lidl een drieledige strategie heeft ontwikkeld om 20 procent minder plastic tegen 2025 te bereiken. "In de eerste plaats kunnen we het plastic gaan vermijden. Met andere woorden: we schrappen plastic waar mogelijk. Een mooi voorbeeld hiervan is het niet meer aanbieden van onze reguliere plastic zakken aan de kassa. Door die beslissing besparen we in België ongeveer een 200 ton plastic per jaar."Een tweede maatregel is plastic verminderen. "Hiermee bedoelen we verpakkingen, die momenteel onnodig groot zijn, kleiner maken of reduceren. Dit hebben we gedaan met onze Alesto cashewnoten; dezelfde inhoud, kleinere verpakking. Het kan ook betekenen dat we bijvoorbeeld de foliedikte verminderen en op die manier besparen in het gebruik van plastic. Ten slotte kunnen we het plastic gaan vervangen. Door een duurzamer alternatief, bijvoorbeeld een verpakking gemaakt van hernieuwbare bronnen; de klassieke in de vorm van papier of karton of bijvoorbeeld een samenstelling met maiszetmeel (PLA)."In verband met recycleerbaarheid van plastic gaat Lidl vooral kijken naar monomaterialen, bijvoorbeeld zuivere folie zonder laminaat (PE, PP) of materialen van zuivere verbindingen zoals PP/PP en PE/PE. Gekleurd plastic wordt zo veel mogelijk vervangen door transparante varianten en gemetalliseerde verpakkingen worden vermeden. Ook de materiaalkeuze en grootte van het etiket evenals de gebruikte lijm en inkt worden bekeken."De keuze voor zo'n materiaal zal uiteindelijk vallen op basis van de noden van het te verpakken product. Dit gaat dan over onder meer houdbaarheid en barrière. De kwaliteit van een product staat bij zo'n beslissing altijd voorop", verzekert Beirnaert.Voor het ontwikkelen van verpakkingsinnovaties haalt Lidl bij voorkeur zelf de kennis in huis. "We hebben een afdeling Branding and Packaging, waar de focus in het verleden vooral lag op de 'branding' van de 'packaging'", aldus Beirnaert. Door het stijgend belang van duurzame verpakking en dus het materiaal, verschuift de focus nu ook meer en meer naar verpakkingsmateriaal zelf en de keuze hiervan. "Het is de bedoeling dat we steeds in overleg met onze leveranciers gaan kijken wat mogelijk is op het vlak van een duurzame verpakking voor een product. Anderzijds zitten we ook geregeld samen met bijvoorbeeld verpakkingsproducenten om zo te weten wat er allemaal mogelijk is, dit los van eventuele beperkingen van een leverancier. Op die manier vergaren we kennis omtrent duurzame verpakkingsalternatieven en kunnen we samen met onze inkopers en leveranciers werken naar een duurzamere verpakking voor onze producten."Volgens Beirnaert is duurzaamheid voor Lidl geen handig, want populair marketinginstrument, maar onderdeel van de bedrijfsfilosofie van de retailer. "Het zit in ons DNA, we willen als duurzame retailer gekend staan. We willen iets goed doen voor de planeet en de maatschappij waarbinnen we allemaal leven. Bovendien zijn we een discounter en is efficiëntie dus één van onze sleutelwoorden. Doordat we als discounter met grote volumes werken en een beperkt assortiment voeren, hebben we de mogelijkheid om te werken op duurzaamheid onder dat de prijs of kwaliteit van een product in het gedrang komt. Het klopt wel dat duurzame producten en materialen momenteel vaak nog synoniem zijn voor 'duurder' en dus een investering kunnen betekenen, maar ik geloof dat dit op termijn zal evolueren en we hier in de toekomst de vruchten van zullen dragen. We zien de verduurzaming van ons assortiment dan ook echt als een samenwerking met onze stakeholders en vooral onze leveranciers. We zoeken samen met hen naar duurzame oplossingen voor producten.Daarnaast wordt er van de consument ook gewoon verwacht dat we meer inzetten op duurzaamheid."