We stellen vast dat andere domeinen dan de klassieke druktechnologie in de lift zitten: producenten van 3D-printers bijvoorbeeld presenteren toestellen die geen kleuren of teksten op oppervlakken 'printen', maar in plaats daarvan driedimensionale vormen produceren. Gutenberg zou zich waarschijnlijk in zijn graf omdraaien. En Erez Zimmerman, de CEO van Massivit 3D, dat in de 3D-druk op groot formaat gespecialiseerd is, zei ooit op een beurs in München: "We zullen het publiek op de Drupa met nieuwe producten en innovaties verrassen". Dat mag dan al mooi klinken, maar het is niet echt een antwoord op de vragen die we daarbij kunnen hebben. Wat is de relatie tussen de productie van een vierkleurenbrochure (daar kwamen de traditionele beursbezoekers uiteindelijk voor) en de productie van een reusachtige champagnefles als blikvanger voor een verkooppunt? Is zo'n enorme fles (of iets anders) interessant voor de klassieke beursbezoeker? Uiteraard! Want dat wijst op een duidelijk zichtbare, onmiddellijke en ontegensprekelijke convergentie.
...

We stellen vast dat andere domeinen dan de klassieke druktechnologie in de lift zitten: producenten van 3D-printers bijvoorbeeld presenteren toestellen die geen kleuren of teksten op oppervlakken 'printen', maar in plaats daarvan driedimensionale vormen produceren. Gutenberg zou zich waarschijnlijk in zijn graf omdraaien. En Erez Zimmerman, de CEO van Massivit 3D, dat in de 3D-druk op groot formaat gespecialiseerd is, zei ooit op een beurs in München: "We zullen het publiek op de Drupa met nieuwe producten en innovaties verrassen". Dat mag dan al mooi klinken, maar het is niet echt een antwoord op de vragen die we daarbij kunnen hebben. Wat is de relatie tussen de productie van een vierkleurenbrochure (daar kwamen de traditionele beursbezoekers uiteindelijk voor) en de productie van een reusachtige champagnefles als blikvanger voor een verkooppunt? Is zo'n enorme fles (of iets anders) interessant voor de klassieke beursbezoeker? Uiteraard! Want dat wijst op een duidelijk zichtbare, onmiddellijke en ontegensprekelijke convergentie. De digitale druk heeft zonder twijfel de grafische wereld veranderd. Gedurende een lange periode bleef de digitale druk beperkt tot het printen van documenten en fotokopies. Daarna ging de inkjet op veroveringstocht, de etikettenmarkt werd het eerste jachtterrein en dan de markt voor kleine formaten (bijv. de productie van verpakkingen op smallebaanpersen). En 'en passant' duwde de inkjet bij de gangbare opdrachten ook nog eens de zeefdruk en de offsetdruk uit de grootformaatmarkt. Echt verrassend is het dus niet dat er de voorbije jaren een mantra de kop opstak die zich als een lopend vuurtje verspreidde: "De markten zullen convergeren. Daar kunnen we niet onderuit. En dat zal tot spectaculaire ontwikkelingen leiden." Natuurlijk is die mantra niet helemaal waar, maar ook niet helemaal onwaar. Wegens de achteruitgang van het klassieke handelsdrukwerk in offset zagen de drukkers er zich toe gedwongen om actie te ondernemen: sommigen breidden hun dienstenaanbod uit; tijdschriftendrukkers bezuinigden op de kosten; andere bedrijven overleefden dan weer dankzij de productie van catalogi voor grote supermarkten - die bovendien geregeld wel eens laten horen dat catalogi voor hen misschien niet meer zo essentieel zijn; bedrijven waarvan de kernactiviteit de productie van brochures was, moesten op zoek gaan naar nieuwe activiteiten; gespecialiseerde aanbieders boorden met de 'transpromo' of het 'printen van documenten' de mogelijkheden van het digitaal drukken van variabele gegevens aan - met als vertrekpunt de 'continudruk' uit het verleden. Het was voor iedereen nu wel duidelijk dat het voortzetten van de oude strategie geen toekomst meer inhield en dat men op andere nicheproducten moest overschakelen. De eenvoudigste oplossing bestond erin om andere diensten, zoals de productie van etiketten of signs, aan te bieden. Van de evolutie die we hierboven geschetst hebben, zijn er tal van voorbeelden. Maar laten we ons niets wijsmaken: voor de drukkers in kwestie is het aanbieden van andere diensten niet meer dan een noodoplossing wanneer ze ook niet de volgende stap zetten en op ruime schaal in nieuwe uitrusting investeren. De kosten daarvan kunnen weliswaar een hinderpaal zijn, maar zijn niet altijd het belangrijkste aspect. Er moet met minstens nog twee andere factoren rekening worden gehouden: de toestellen of de uitrusting enerzijds en de medewerkers anderzijds. Wie zijn bedrijf wil uitbreiden, kan nu tegen een aantrekkelijke prijs een digitale pers kopen, zonder dat hij zijn offsetvellenpersen op zolder moet zetten. Instapmodellen van kleine tonerprinters voor de etikettenproductie kun je voor minder dan 40.000 euro vinden; je vindt zelfs goedkopere printers waarmee perfect prototypes of hele kleine oplages met een hoge kwaliteit te vervaardigen zijn. Wie echter heuse productiemachines wil, komt al snel uit bij een bedrag van 500.000 euro - en dat is toch van een andere grootteorde. En om gesofisticeerde etiketten te vervaardigen, waarvoor je ook dure afwerkapparatuur nodig hebt, zit je al snel boven die grens van het half miljoen. En dan is er nog het personeelsaspect. De digitale technologie heeft de knowhow van de operatoren, tot in de prepress toe, overbodig gemaakt. De kennis van de afwerkingstechnieken blijft echter nog altijd belangrijk omdat daar het eindresultaat van afhangt. Het kan leuk lijken om je aanbod met de productie van etiketten uit te breiden, maar je hebt nog altijd een afzetmarkt nodig. En wie met de handelsdruk groot geworden is, is over het algemeen veeleer conservatief. Iemand die zijn bedrijf opgebouwd heeft doordat hij een hele resem drukwerkinkopers goed heeft leren kennen, zou helemaal opnieuw moeten beginnen. En niemand geeft zijn bedrijf zomaar op om opnieuw een hele nieuwe klantenkring aan zich te binden. Een nieuwe richting uitgaan is natuurlijk niet onmogelijk, maar vraagt tijd. En bijkomende investeringen. Enkele drukkers denken een uitweg te zien in een rol als onderaannemer. Een dergelijke ommekeer van het bedrijf kan lukken zodat de persen blijven draaien, maar vaak tegen te kleine winstmarges. Tijdens een rondetafelgesprek dat onlangs in Lyon gehouden werd, raakte ik in gesprek met Robert Tison van de Imprimerie Suquet uit de Isère. Die was van het handelsdrukwerk op de etikettendruk overgeschakeld en had daarvoor een tonerprinter van de middenklasse gekocht. Eerst was de klantendienst voor hem niet zo belangrijk. Om zijn klanten niet te verliezen, breidde hij zijn aanbod uit en kwam hij tot het besef dat zijn bedrijf, ondanks de achteruitgang van het handelsdrukwerk, toch nog kon groeien. Robert Tison gaf wel volmondig toe dat het moeilijkste werk nog voor hem lag: "In het begin komen er enkele opdrachten en door mond-tot-mondreclame worden dat er meer. Maar om vooruitgang te boeken, moet je gestructureerd te werk gaan en verstandig investeren - en dan wordt het moeilijk omdat je je diensten ook moet verkopen." De drukker moet dus schakelen en ofwel zelf een verkoper worden of een verkoper aanwerven. En dat gaat gepaard met extra kosten. Dat beeld is zeker niet uniek voor deze sector. De ontwikkeling van de flexibele verpakkingen heeft ongetwijfeld veel etikettendrukkerijen op nieuwe ideeën gebracht. Met etikettenpersen kunnen bijvoorbeeld ook kleine zakjes gemaakt worden. Verscheidene dienstverleners die voor die potentiële ontwikkeling interesse hadden, stelden echter al snel vast dat daarvoor ook ander afwerkmateriaal nodig was wilde men niet alleen rollen van onafgewerkte zakjes leveren. Bovendien waren hun trouwe afnemers van etiketten niet echt geïnteresseerd in het nieuwe aanbod. Een niet onbelangrijke vaststelling is dat de producenten van flexibele verpakkingen zich blijkbaar in dezelfde situatie bevinden als hun collega's in andere marktsegmenten. Producenten van flexibele verpakkingen wagen zich niet snel aan de productie van etiketten hoewel ze daartoe technisch in staat zijn. Constantio bijvoorbeeld heeft zich onlangs zonder aarzelen op de flexibele verpakkingen geconcentreerd door zijn etikettenafdeling met MCC te fuseren. Het idee van de marktconvergentie komt in feite hoofdzakelijk van de producenten van digitale printers. Maar niet alleen van hen, persenbouwers zoals Mark Andy of Omet bieden nu ook flexopersen met een breedte van 450, 550 of zelfs groter aan zodat producten buiten het klassieke aanbod mogelijk worden. En ook web2print doet zijn duit in het zakje. De vermenigvuldiging van de aangeboden referenties, zowel in de B2B- als B2C-segmenten, lijkt de trend naar convergentie te ondersteunen. Een bezoek aan Onlineprinters GmbH in Neustadt an der Aisch, in de buurt van Nürnberg, loont alvast de moeite: met zijn arsenaal aan digitale en analoge persen kan de onderneming zowat alles aan. En wanneer het bedrijf iets niet zelf kan produceren, wordt de opdracht uitbesteed. Internationale spelers, zoals Cimpress, en zelfs regionale aanbieders zoals Printoclock in Toulouse, gaan op dezelfde manier tewerk. Printoclock begon als een dienstverlener zonder eigen drukkerij maar wel met een afwerkatelier - de web2print-oplossing van het bedrijf was in eerste instantie op de reprografie gericht. Vervolgens integreerde Printoclock ook rollenprinters om plannen en affiches te produceren. Dan volgden producten op grootformaat. Als dat geen convergentie is? Xavier Rozé, directeur van de oorspronkelijk in de productie van brochures gespecialiseerde Marie Printing Company (Imprifrance Network) uit Honfleur, besliste na even aarzelen om in een 1,6 meter breed print- en snijsysteem te investeren voor de productie van etiketten. Daarmee komt hij nu tegemoet aan de lokale behoeften en houdt hij zijn onderneming draaiend. Maar omschakelen en bijvoorbeeld de grootformaatsector binnenstappen, is niet eenvoudig. Daar komen vaak heel wat coördinatie - een voertuig bekleden is immers geen eenvoudige klus, net zomin als het bekleden van winkelrekken - en marketinginspanningen bij kijken. En wat dat laatste betreft, hebben web2print-sites een streepje voor. Ze hoeven nauwelijks inspanningen te leveren omdat een website als een soort van zelfbedieningszaak werkt. Zodra het product geleverd is, is ook de hele opdracht klaar. En helemaal leuk is dat de bestelling al betaald wordt op het moment dat ze geplaatst is. Over de grootformaatdruk nog dit: de materialen worden verder ontwikkeld om ze zo gemakkelijk mogelijk te kunnen gebruiken. Bovendien wordt recycling almaar belangrijker: bij zeilen wordt PVC door textiel vervangen terwijl interieurarchitecten met een opmerkelijke mix van genres de professionals uit de reclame- en beletteringsectoren uitdagen. Wie met vlakbedprinters werkt, moet daarom overwegen om ook rollenprinters aan te kopen, of omgekeerd. Daarbij moet men kiezen tussen directe druk (op vinyl) of sublimatiedruk (op textiel). Hoe dan ook zullen ondernemingen - en vaak gaat het om grotere KMO's - meer moeten investeren. Tot besluit. Onafhankelijk van de uitgevoerde activiteiten hebben gespecialiseerde printbedrijven nog mooie dagen voor zich omdat diversifiëren en convergeren nu eenmaal niet eenvoudig is. De eenvoudigste aanpak bestaat er zonder twijfel in om de competenties die men in huis heeft, maximaal uit te bouwen en om de productiviteit te verhogen. Alleen al daarom is het goed om naar innovaties uit te kijken.